Soms ben je zo enthousiast over bepaalde ideeën, dat je die wil delen met anderen. Maar zitten die daar wel op te wachten?
Deze week had ik een mooi gesprek met een HR-manager. Zij vertelde dat zij enthousiast is over mijn ideeën over filosofie, organiseren en complexiteit. Soms probeert ze haar enthousiasme over te brengen op de managers van de organisatie waar zij werkt. Zij denkt namelijk dat dit denken hen kan helpen om hun werk beter te doen. ‘Maar als ik dan begin over filosofie of complexiteit, zie je de luikjes langzaam dichtgaan’.
Wat kan ze doen?
Om te beginnen, zei ik tegen haar, is het goed om je te realiseren dat je collega’s misschien niet zitten te wachten op je adviezen. Ze hebben het druk, het leven is al ingewikkeld genoeg, en dan kom jij met je filosofische inzichten die het nog ingewikkelder en complexer maken. Jij denkt dat ze er wat aan hebben, maar vinden zij dat ook?
Wat kan helpen, is je te verdiepen in hun situatie en hun vraagstukken, en samen te onderzoeken of een filosofisch perspectief daar verlichting in kan brengen. Soms is dat namelijk niet zo. Filosofie is over het algemeen niet heel praktisch. In plaats van je collega’s proberen te overtuigen, denk je dan met ze mee in plaats van tegen, zoals de rol van de organisatiefilosoof soms is.
Ik weet dat ik niet weet
Ten tweede is het ook goed om ervan uit te gaan dat jij je vergist. De socratische houding, zeg maar, ik weet dat ik niks weet. Zou hun perspectief wellicht beter kunnen zijn, praktischer, meer waar in de pragmatische zin? Volgens het pragmatisme zijn ideeën, concepten en perspectieven gereedschap voor een organisme zoals de mens dat probeert te overleven in een onzekere en veranderlijke wereld. Dé waarheid bestaat niet, alleen maar ideeën die beter of minder goed kunnen werken.
De arrogante betweter
Tenslotte kun je jezelf de vraag stellen: wie ben ik dat ik weet hoe het zit?
Er gaat een zekere arrogantie uit van mensen die denken te weten hoe het zit. Die anderen proberen te overtuigen van hun gelijk. Je zou de organisatie kunnen zien als een strijdtoneel van verschillende, tegengestelde belangen en perspectieven. Het Nietzscheaanse perspectief. En dan is het dus prima om te proberen jouw perspectief op tafel te leggen. Maar dan moet je niet verbaasd zijn als anderen daar anders tegenaan kijken. Die strijd is eeuwigdurend, er zal nooit een winnaar uit de bus komen. Je zult nooit gelijk krijgen.
Een robbertje vechten
Als je het leuk vindt om met je collega’s een robbertje te vechten, met argumenten uiteraard, prima natuurlijk. Maar dan is het eigenlijk juist heel mooi als ze zich niet meteen gewonnen geven? Dat ze er een serieuze strijd van maken. Het alternatief is namelijk dat ze je gelijk geven en overgaan tot de orde van de dag. Dan lijkt het alsof je ze voor je gewonnen hebt, maar ondertussen verandert er niks.
Wie schiet daar wat mee op?
Denk eens na over:
- Wanneer had jij het gevoel dat anderen jou niet begrepen?
- Wat deed dat met jou?
- Wat deed je? Ging je nog harder duwen, of kon je je blijven verwonderen?
- Probeer eens je eigen gelijk om te denken: stel dat je het mis hebt.
Veel plezier!
Ook anders leren denken over organisatie?
In mei start een nieuwe editie van de Leergang Organisatiefilosofie. Deze 8-daagse leergang is voor iedereen die anders wil leren denken over en kijken naar de organisatie en de problemen die daar keer op keer de kop opsteken. En die dit vervolgens praktisch wil toepassen in zijn/haar/hen werk en leven, met name voor hen in leidinggevende of adviserende rollen.
Geplaatst in filosofie praktisch en getagd met anders kijken, filosofische tip, overtuigen.